terug naar de homepage
terug naar de Inleiding Buiten de Fronten
Buiten de Fronten - Frankrijk
Een belangrijk
deel van de gevechtshandelingen in de Eerste Wereldoorlog speelden zich
in Frankrijk af en wel in een strook in het noorden
en oosten van het land: Het Westfront. Ook buiten dit gebied is echter
veel te vinden dat naar deze oorlog verwijst en eraan herinnert. Veelal
gaat het om monumenten die de
gevallenen in de strijd
herdenken, graven van soldaten buiten het frontgebied, andere monumenten, om
plaat-
sen, gebouwen e.d. die op enigerlei wijze verband houden met de oorlog,
enz. Ook kent Frankrijk nog steeds een actieve herdenkingscultuur
van de Eerste Wereldoorlog. De foto's op deze pagina geven hier een
beeld van.
Inhoudsopgave
van deze pagina 1) Plaatselijke monumenten op alfabetische volgorde 2) Béthune (Pas de Calais) 3) Montmédy (Meuse) 4) Nancy (Meurthe-et-Moselle) 5) Parijs 6) De Clairière de l'Armistice in Compiègne |
![]() |
Dé
nationale herdenkingsplaats van de Eerste Wereldoorlog is voor de
Fransen het graf van de onbekende soldaat onder de Arc de Triomphe in Parijs met de eeuwige vlam (foto's links en rechts). De soldaat, die anoniem op het slagveld gevonden was, werd eerst - op 10 nov. 1920 - in de kapel in de Arc bijgezet. Op 28 jan. 1921 werd hij op de huidige plaats begraven. De inscriptie op het graf luidt: "Hier rust een Franse soldaat die voor het vaderland gestorven is 1914-1918". In 1923 kwam er een eeuwig brandende vlam op het graf. Onder de boog be- vindt zich een plaquette die de teruggave van Elzas en Lotharingen aan Frankrijk herdenkt bij het ingaan van de wapenstilstand op 11 nov. 1918 (foto onder). De Arc de Triomphe zelf heeft overigens niets met WO 1 te maken maar is 100 jaar eerder gebouwd in opdracht van Napo- leon ter herdenking van zijn overwinning bij Austerlitz in 1805. ![]() |
![]() |
1)
Plaatselijke monumenten
Net
als in België (zie aldaar) vindt men ook in Frankrijk overal
monumenten voor de soldaten die in de Eerste Wereldoorlog
zijn
gesneuveld. Alle 30.000 gemeentes in Frankrijk hebben zo'n monument op één na: Palazinges, nabij Brives, in Corrèze. Deze kleine mairie, die in 1914 iets minder dan 200 inwoners had, telde namelijk geen gesneuvelden onder zijn inwoner Veel Franse monumenten zijn, ook net als in België, na de Tweede Wereldoorlog zo aangepast dat ook de gevallenen uit die oorlog herdacht worden. Sommige monumenten, zoals dat in Chartres, herdenken ook gevallenen uit andere oorlogen, zoals de oorlogen in Indo-China. Andere herde ken ook de burgers. Hier staan een aantal van deze monumenten. De monu- menten in plaatsen langs het voormalige front staan soms op de betreffende pagina's van deze website. De hier geplaatste monumenten staan op alfabetische volgorde, met uitzondering van enkele bijzondere monumenten, die op het einde van de reeks staan (namelijk die van Dijon en Vigneulles-lès-Hattonchâtel). |
|||||
![]() Acy-en-Multien (Oise) |
![]() Het monument in het midden is het officiële gemeentelijke monument van Alise-Sainte-Reine (Côte d'Or). Ook het graf links voor op de foto verwijst naar WO I. Het draagt de tekst "Hier rust Armand Robin - geboren 19 juni 1878 - overleden aan de gevolgen van de oorlog - 9 februari 1926". |
![]() Andelot-Blancheville
(Haute-Marne)
|
|||
![]() Argentat (Corrèze) |
![]() Avesnes (Nord) |
![]() Baâlon (Meuse) |
|||
![]() |
![]() Beaufort-en-Argonne (Meuse) |
![]() Beaumont-en-Argonne (Ardennes) |
|||
![]() Beaune (Côte d'Or) |
|||||
![]() |
![]() |
![]() Bézu-Saint-Germain (Aisne) |
|||
![]() Billy-sous-Mangiennes (Meuse) |
![]() Bligny-sur-Ouche (Côte d'Or) |
![]() Bourmont (Haute-Marne) |
|||
![]() Bouze-lès-Beaune (Côte d'Or) |
![]() Brandeville (Meuse) |
![]() Bras-sur-Meuse (Meuse) |
|||
![]() Breux (Meuse) |
![]() Broyes (Marne) |
![]() Champagnac La Prune (Corrèze) |
|||
![]() Charleville (Marne) |
|||||
![]() Charny-sur-Meuse (Meuse) |
![]() Chartres (Eure-et-Loir) |
![]() Chateaudun (Eure-et -Loir) |
|||
![]() Châtillon-sur-Seine (Côte d'Or) |
![]() Chauconin-Neufmontiers (Seine-et Marne) |
![]() Chauconin-Neufmontiers (Seine-et Marne): Herdenkingsplaquette op de muur van de voormalige mairie annex school van de vroegere gemeente Neufmontiers-les-Meaux. |
|||
![]() Chaudun (Aisne) |
|
![]() Chaumuse (Jura) |
|||
![]() Chaux-des-Crotenay (Jura) |
![]() Chémery (Ardennes) |
![]() Coeuvres (Aisne) |
|||
![]() |
![]() Commercy (Meuse)
|
||||
![]() Détain-et-Bruant (Côte d'Or) |
![]() Dompcevrin (Meuse) |
![]() Dompierre-les-Tilleuls (Doubs) |
|||
![]() Domrémy-la-Pucelle (Vosges) |
![]() Doulcon (Meuse) |
![]() Douzy (Ardennes) |
|||
![]() Étrépilly (Seine-et-Marne) |
![]() Flavigny-le-Petit (Aisne) |
![]() |
|||
![]() |
![]() Fort-du-Plasne (Jura) |
![]() Fresnes-en-Woëvre
(Meuse)
|
|||
![]() Fumay (Ardennes)
|
![]() Givet (Ardennes)
|
![]() |
|||
![]() Guise (Aisne), voor de gevallenen van Familistère |
![]() Halles-sous-les-Côtes (Meuse) |
![]() Hirsingue (Haut-Rhin) |
|||
![]() Hundsbach (Haut-Rhin) |
![]() Inor (Meuse) |
![]() Jametz (Meuse) |
|||
![]() Juvigny-sur-Loison (Meuse) |
![]() La-Chaux-du-Dombief (Jura) |
![]() Ladoix-Serrigny (Côte d'Or) |
|||
![]() La Ferté-sur-Chiers (Ardennes) |
![]() Laneuville-sur-Meuse (Meuse) |
![]() La Roche Canillac (Corrèze) |
|||
![]() Le-Frasnois (Jura) |
![]() Le-Lac-des-Rouges-Truites (Jura) |
![]() Lérouville
(Meuse)
|
|||
![]() Les
Hautes-Rivières (Ardennes)
|
![]() Lesmenils (Meurthe-et-Moselle) |
![]() Lesquielles-Saint-Germain (Aisne) |
|||
![]() Les-Rousses (Jura) |
![]() Macau (Gironde) |
![]() Machault (Ardennes) |
|
||
![]() Mangiennes (Meuse) |
![]() Marcillac La Croze (Corrèze) |
![]() Marvaux (Ardennes) |
|||
![]() Marville (Meuse) |
![]() |
![]() Mécrin (Meuse) |
|||
![]() |
![]() Mesnil-sous-les-Côtes (Meuse) |
![]() Minaucourt-le-Mesnil-lès-Hurlus (Marne) |
|||
![]() Montigny-devant-Sassey (Meuse) |
![]() Montmédy (Meuse) |
![]() |
|||
![]() Montigny-le-Roi (Haute Marne) |
![]() |
|
|||
![]() Morez (Jura) |
![]() Mouzay (Meuse) |
![]() Neufchâteau (Vosges)
|
|||
![]() Olizy-sur-Chiers (Meuse) |
![]() Ors (Nord) |
![]() Behalve het monument links in het centrum van Ors is er ook dit monument op de gemeentelijke begraafplaats |
|||
![]() Ourches-sur-Meuse (Meuse) |
![]() Pillon (Meuse) |
![]() |
|||
![]() |
![]() Remoiville (Meuse) |
![]() |
|||
![]() |
Monument voor de slachtoffers van de Eerste Wereldorlog in Roubaix (Nord), 28 Boulevard du Général Leclerc (links), plus een plakette met de opdracht van het monument. De tekst op de plakette luidt: "Monument voor de doden. Werk van de beeldhouwer Alexandre Descatoire en de architect Wielhorski. Ingewijd in 1925 eert dit monument de herinnering aan de 3915 inwoners van Roubaix die in de strijd gevallen zijn die van de talloze burgerslachtoffers." |
![]() |
|||
![]() Ruffey-lès-Beaune |
|||||
![]() Saint-Bonnet-Elvert (Corrèze) |
![]() Sainte-Marie-à-Py (Marne) |
![]() Saint-Eugène (Aisne) |
|||
![]() Saint-Laurent-en-Grandvaux (Jura) |
![]() |
![]() Sassey-sur-Meuse (Meuse) |
|||
![]() Savigny-sur-Aisne (Ardennes) |
Sedan (Ardennes)
|
![]() Semide (Ardennes) |
|||
![]() Sentzich (Moselle)
|
![]() Sillery (Marne) |
![]() Sivry-sur-Meuse
(Meuse)
|
|||
![]() |
|
|
|||
![]() Suippes (Marne) |
![]() Suippes (Marne) - detail |
![]() |
|||
![]() Thierville-sur-Meuse (Meuse) |
![]() Thiaucourt (Meurthe-et-Moselle) |
![]() Vaucouleurs (Meuse) |
|||
![]() Villers-Hélon (Aisne) |
![]() Vilosnes-Haraumont (Meuse) |
![]() Vireux-Molhain (Ardennes) |
|||
![]() Vouziers (Ardennes) |
![]() Église Saint-Maurille, Vouziers (Ardennes): Herdenkingsplakette |
|
|||
Enkele bijzondere plaatselijke monumenten |
|||||
![]() |
![]() Dijon (Côte d'Or): Het monument voor de Eerste en Tweede Wereldoorlog (foto's op deze en volgende rij). |
![]() |
|||
![]() |
![]() |
![]() |
|||
***** |
|||||
![]() Deze rij laat het monument voor de Eerste en Tweede Wereldoorlog voor het gemeentehuis in Vigneulles-lès- Hattonchâtel (Meuse) zien. Op de foto lijkt het een gewoon monument als alle andere ter herdenking van de gevallenen in Wereldoorlog I (en II). De achterkant toont echter een standbeeld van de Amerikaanse luitenant Moses Taylor, die op 24 maart 1918 aan zijn verwondingen overleed |
![]() en op het kerkhof van Vigneulle ligt begraven. Taylor (geboren op 8 juni 1897) was de zoon van een rijke bankier uit New York, die financieel |
![]() heeft bijgedragen aan de herbouw van Vigneulles. Moses' moeder heeft het monument voor haar zoon gefinancierd. De plaquette (met schrijffout!) bevindt aan de voet van het monument voor Moses Taylor. Het aantal linden rondom komt overeen met het aantal Amerikaanse gevallen in de gemeente Vigneulles op de dag van zijn bevrijding door het Amerikaanse leger, 13 september 1918. |
|||
***** | |||||
![]() |
Boven de ingang van het stadhuis in Beaune (Côte d'Or) is de volgende tekst aangebracht: De legers en hun leiders Regering van de Republiek De burger Georges Clemenceau President van de ministerraad, minister van oorlog Maarschalk Foch De hoogste leider van de geallieerde legers Hebben het vaderland een grote dienst bewezen De wet van 17 november 1918 |
En daaronder: Mijnheer Raymon Poincaré President van de Franse Republiek tijdens de oorlog Heeft het vaderland een grote dienst bewezen De wet van 20 februari 1920 |
-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-
2)
Béthune (Pas-de-Calais)
-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-
3)
Montmédy (Meuse)
![]() |
Montmédy
(Meuse): Plaquette op de voormalige École Supérieure achter het plaatselijke monument ter herden- king van de omgekomen leerkrachten en leerlingen. |
-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-
4) Nancy
(Meurthe-et-Moselle)
![]() |
Nancy
lag niet in de frontlinie maar er net achter aan de Franse zijde.
Er is in de buurt echter zwaar gevochten. Gewonde soldaten werden
naar het ziekenhuis van Nancy gebracht en daar overleden soldaten
werden
op het Cimétière Sud (Zuiderbegraafplaats)
begraven. De stad zelf
werd gebombardeerd door Duitse langeafstandskanonnen, die op 35 km
afstand geplaatst waren, en vanuit overvliegende Zeppelins.
Hierbij
werd veel schade aangericht en onder de burgers vielen 177
slachtoffers. De hier getoonde foto's zijn alle genomen op het
Cimétière Sud. Foto Links: Monument voor het 37e infanterie regiment, dat in de buurt van Nancy slag heeft geleverd. Foto Rechts: Monument voor de burgerslachtoffers met begraafplaats. Foto's onder: Het monument voor de verdedigers van Nancy met het oorlogskerkhof van de stad. |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Bij
de achteruitgang van het Gare du Nord, aan de overkant van de straat, bevindt zich het monument van de foto links ter herdenking van de omgekomen spoorwerkers in de beide wereldoorlogen. De linker plaquette (zie ook foto rechts) is voor de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog en bevat de volgende tekst: Ter herinnering aan de 1210 spoorwerkers van de Regio Noord Slachtoffers van de oorlog 1914-1918 Gestorven op het veld van eer Gefusilleerd Gestorven in bezet gebied Gestorven in gevangenschap Gedood vanwege de oorlog |
![]() |
![]() |
Loop
je van de parkeerplaats naar de clairière, dan kom je eerst langs het Monument voor de Elzassers en Lotharingers (foto links) en vervolgens via een 250 m lange laan met links en rechts vlaggen- masten op de open plek (foto rechts). Het monument, dat ook het Monument du Matin wordt genoemd (zie boven), is van de hand van de Elzasser kunstsmid Edgar Brandt en gemaakt van zandsteen uit de Vogezen. Het werd op 11 november 1922 onthuld. Een val- lende adelaar die door een zwaard doorboord wordt, staat voor de val van het Duitse Rijk. Het monument draagt het opschrift "Aan de heroïsche soldaten van Frankrijk, verdedigers van het vaderland en het recht, glorieuze bevrijders van de Elzas en van Lotharingen". In WO2 werd het monument door de Duitsers vernield en weggehaald, maar na de oorlog is het in een Duitse fabriek teruggevonden en in zijn oorspronkelijke staat hersteld. |
![]() |
![]() ![]() |
De
foto linksboven laat de Clairière de l'Armistice zien. In
1918 liepen
hier twee sporen en stonden er hoge bomen. Na de
ondertekening
van de wapenstilstand werd de plek wat vergeten. Pas na een oproep in 1922 werd het terrein als herdenkingsplaats ingericht (zie inleiding), naar een ontwerp dat de architect Marcel Mages in samenwerking met Binet-Valmer had gemaakt. Al op Wapenstilstandsdag (11 november) in hetzelfde jaar werd het herdenkingsmonument onthuld, te- gelijk met dat voor de Elzassers en Lotharingers. Sindsdien zijn er steeds monumenten toegevoegd. De clairière heeft een diameter van ongeveer 100 meter. Kom je vanaf de lange laan, dan zie je in het midden een gedenkplaat. Voor je ligt een stuk spoorbaan dat naar het monument leidt dat de plaats markeert waar de treinwagon van Foch en de geallieerde delegatie stond. Er tegenover, aan de andere kant van de ge- denkplaat, staat een monument voor de plek van de wagon van de Duitse delegatie, ook met een stuk spoorbaan. Links in de hoek staat het standbeeld van maar- schalk Foch. Rondom staan vier bankjes met de namen van belangrijke veldslagen. Rechts, net buiten de foto, staat een recent vredesmonument. Vóór ons, buiten de eigenlijke clairière, is het museum. Net voor we het museum bereiken, passeren we een steen met het opschrift "Allée de la Mémoire" (Herdenkingslaan; foto rechtsboven) bij het arboretrum met Europese boomsoorten en de ingang tot een herdenkingstuin (zie onder). |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Op
de vier foto's hierboven en links zien we het herdenkingsmonument voor
de wapenstilstand in 1918. Het bestaat uit drie delen. De foto
linksboven laat de plek zien, waar de geallieerde wagon stond. Er ligt nu een gedenksteen tussen de rails, afgeschermd met paaltjes en kettingen. Op de steen staat "Le maréchal Foch". De foto middenboven laat dezelfde steen tussen de rails zien maar nu vanuit een andere hoek. Op de achtergrond zien we de grote gedenkplaat, die het centrum van het monument vormt, en daarachter de steen die de plaats van de Duitse wagon aangeeft. Deze steen met afzetting zien we van nabij op de foto rechtsboven. Hierop staat de tekst (vertaald) "De Duitse gevolmachtigden". In werkelijkheid stond de Duitse trein niet hier maar verderop. Op de foto links zien we de herdenkingsplaat, gelegen op een soort rotonde midden in het grasveld. Op de plaat staat de tekst "Hier op 11 november 1918 bezweek de criminele trots van het Duitse Rijk overwonnen door de vrije volken die het van plan was te onderwerpen", een tekst die niet bepaald oproept tot verzoening! De gedenkplaat is van hetzelfde graniet gemaakt als het graf voor de onbekende soldaat onder de Arc de Triomphe in Parijs. Dit graniet komt uit een steengroeve in de Calvados en werd aangeboden door de eigenaar van die groeve. Nadat op 22 juni 1940 hier op exact dezelfde plaats de wapenstilstand voor de WO2 getekend was, werd het monument door de Duitsers volledig ont- manteld en overgebracht naar Duitsland. De plek werd veranderd in een kale vlakte. Na WO2 werden de stenen tussen de rails en de middenplaat (maar wel in stukken) teruggevonden. Hiermee werd het monument hersteld zoals het voor deze oorlog was. Het is op 11 november 1950 opnieuw ingewijd. |
![]() |
||
Na
de voltooiing van het herdenkingsmonument werd er bij de
clairière een museum neergezet voor de wagon waarin
de wapenstilstand getekend was. Aanvankelijk was deze na de oorlog weer
voor het gewone treinverkeer in gebruik genomen, maar in 1921 werd de wagon naar het Hôtel des Invalides in Parijs gebracht en er tentoongesteld. De rijke Amerikaan Arthur Henry Fleming, die ervan gehoord had, bood aan het te bekostigen. Het museum mèt wagon - eveneens ontworpen door Mages - werd op 11 november 1927 geopend in aanwezigheid van o.a. Maréchal Foch. In 1940 werd het museum echter door de Duitsers met de grond gelijk gemaakt. De wagon werd naar Berlijn vervoerd en daar tentoongesteld. In 1944 werd deze vanwege de opmars van de geallieerden naar Thüringen overgebracht en is daar verbrand. Er zijn enkele stukjes van teruggevonden die nu in het museum te liggen. De huidige wagon in het museum is een vervangend exemplaar uit de tijd van de oorspronkelijke wagon en is van hetzelfde type. De inrichting, die bij het uitbreken van WO2 elders was opgeslagen, is wel origineel. Na WO2 werd er een nieuw museum gebouwd, dat op 16 september 1950 werd geopend. Sindsdien is het museum een aantal keren uitgebreid, voor het laatst in 2018. In 1993 werd het museum omgedoopt tot Wapenstilstandsmuseum. Behal- ve de wagon zelf zijn er exposities over de geschiedenis van de wagon en van de gedenkplaats en over de wapenstilstanden van 1918 en 1940. Naast het museum staan twee originele kanonnen uit WO1 en een kopie van een Re- Renault F-17 tank. Op de foto linksboven zien we het gebouw van het museum na de verbouwing van 2018. Uiterst links zien we er nog net een stukje van de tank. Ga je het museum binnen, dan kom je direct bij de wagon (foto middenboven). Er- achter liggen de ruimtes van een soort van gedenkplek (foto rechtsboven) en die voor de exposities. De foto's op de onderste rij werpen een blik op het interieur van de wagon. Op de foto links zien we in het midden de stoel van maarschalk Foch, met links van hem de plaats van de Britse admiraal Rosslyn Wemyss en rechts die van de Franse generaal Weygand op de hoek van de tafel (zie ook foto midden). Verder waren er ook Amerikaanse gedele- geerden aanwezig. De Duitse delegatie zat aan de overkant van de tafel (foto rechtsonder). De zetel rechts was die van de Duitse delegatieleider en staatsecretaris Matthias Erzberger. |
![]() |
In
een hoek van de clairière vinden we een standbeeld voor
maarschalk Ferdinand Foch (1851-1929). Op het einde van de Eerste Wereldoorlog was Foch algemeen geallieerd opperbevelhebber aan het Westfront en ook leider bij de Wapenstilstandsonderhandelingen in 1918. Het stand- beeld is in 1937 onthuld en is van de hand van Firmin Michelet. Na de vernieling van de clairière in 1940 is het beeld door de Duitsers opzette- lijk gespaard, zodat hij over een kale vlakte kon uitkijken. Achter hem wapperen een Britse, Franse en Poolse vlag, die ernaar verwijzen dat Foch op het eind van de oorlog van die landen maarschalk was. |
Opzij
van de clairière nabij het museum ligt de Herdenkingstuin
Augustin Trébuchon. Trébuchon was, naar men aannemt, de laatste Franse sol- daat die in de Eerste Wereldoorlog sneuvelde, een kwartiervoor het be- gin van de wapenstilstand. In de tuin staan monumenten voor de gevallen Franse soldaten in alle oorlogen, van de Frans-Duitse Oorlog van 1870- 1871 (foto links) tot aan Afghanistan. Op de foto rechts zien we ge- denkplaten voor gesneuvelden uit de Grote Oorlog. |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Vlakbij de plek waar de wagon van maarschalk Foch stond is op 11 november 2014 bijgaand vredesmonument getiteld "Alliance de la Paix" (Vredesalliantie) onthuld ter gelegenheid van de honderd- jarige herdenking van de Eerste Wereldoorlog. Het is een ring (het woord "alliance" betekent ook trouwring) van gepatineerd brons. Hierop is in 52 talen in gouden letters het woord "vrede" geschre- ven; ook in het Nederlands, zoals we op de rechter foto kunnen zien. Het monument is 3,50 meter hoog en 50 cm breed en weegt 1,5 ton. Het is een ontwerp van Clara Halter en uitgevoerd door door de juwelier Mauboussin. |
![]() |
Aan
het begin van de laan die van het Monument voor de Elzassers en Lotharingers naar de clairière leidt, staat het monument van de foto links voor de gevallen boswachters van de boswachterij van Compiègne. Het is op 4 november 1920 onthuld en stond oorspronkelijk een eindje ver- derop. In 1995 is het opgeknapt en op de huidige plaats neergezet. |
Links
naar mijn andere
foto's van
de sectie Buiten de Fronten: Denemarken,
Finland, Groot-Britannië, Hongarije, |
|
Links naar mijn andere foto's van de Eerste Wereldoorlog: Het Westfront
Het Oostfront Het Oostenrijks-Italiaanse Front |
********************************************
terug naar de Inleiding Buiten de Fronten
terug naar de Inleiding WO 1
terug de homepage